Binnen onze inrichtingen wordt hoog ingezet op veiligheid. Onder andere op het gebied van de brandveiligheid binnen de gebouwen en met betrekking tot scholing van het personeel ten aanzien van (brand)veiligheidsaspecten. Het stappenplan specifieke brandveiligheidsanalyse is hiertoe een belangrijke tool. Toch gebeurt het soms dat er een (kleine) brand uitbreekt.
Binnen onze inrichtingen wordt hoog ingezet op veiligheid. Onder andere op het gebied van de brandveiligheid binnen de gebouwen en met betrekking tot scholing van het personeel ten aanzien van (brand)veiligheidsaspecten. Toch gebeurt het soms dat er een (kleine) brand uitbreekt.
Vragen en antwoorden over Brandveiligheid
De branden die het meeste voorkomen binnen de inrichtingen van DJI ontstaan doorgaans door bewuste ontsteking van inventarismaterialen door de justitiabele. Celbranden kunnen ook ontstaan door foutief gebruik van de beschikbare apparatuur in de cel, bijvoorbeeld door kleding te drogen in de magnetron, te lange verhitting van voedsel, etc. Branden kunnen ook ontstaan in de techniek zoals in de bekabeling, stand-by- stand televisie, etc. Maar dit komt nauwelijks voor. Bij bewuste ontsteking van een brand op cel, gebeurt het dat een justitiabele de aanwezige rookmelder frustreert door bijvoorbeeld de rookmelder af te plakken of een plastic zakje er omheen te wikkelen. Hierdoor wordt het personeel aanzienlijk later gealarmeerd dan ‘binnen 2 minuten’. Een brand kan zich dan makkelijker ontwikkelen tot een wat grotere brand.
Zoals voorgeschreven in het bouwbesluit, zijn alle celgebouwen voorzien van diverse brandveiligheidsvoorzieningen. Dit kan zijn een brandmeldinstallatie uitgevoerd met zogenaamde ‘intelligente’ melders. Deze melders kunnen afhankelijk van de instellingen rook en/of hitte detecteren. Hiermee wordt de organisatie, binnen een minuut na het ontstaan van brand, gealarmeerd.
Standaard zijn celgebouwen uitgevoerd met een brandmeldinstallatie, met volledige bewaking. Echter in alle nieuwere celgebouwen is een volautomatisch of handbediend sprinklersysteem aanwezig. De handbediende installatie wordt geactiveerd door het gealarmeerd personeel, welke binnen 2 minuten na alarmering, conform het Operationeel Handboek Bedrijfshulpverlening DJI, aanwezig is op de plaats van het incident.
Tevens zijn, conform bouwbesluit, alle celgebouwen voorzien van vaste blusmiddelen, de zogenaamde slangenhaspels. Ook zijn op sommige plekken in het gebouw draagbare blustoestellen geplaatst omdat daar niet met water geblust kan/mag worden. Het personeel is getraind om deze effectief te gebruiken.
Om misbruik te voorkomen is bewust gekozen om geen blusmiddelen en een alarmknop te installeren in de cel. Wel heeft de justitiabele de beschikking over een ‘spreek-luister-verbinding met de Centrale Meldkamer van de inrichting, die 24/7 is bemand.
Bijna alle celdeuren binnen DJI zijn uitgevoerd met een zogenaamde ‘vrijloop-deurdranger’ wat betekent dat bij een brandalarm de deurdrangers binnen het brandcompartiment (cellengang) worden geactiveerd en de deuren zullen sluiten (niet op slot). Dit om uitbreiding van de brand en rook te voorkomen. In de nachtsituatie zijn alle celdeuren op slot. In het kader van beveiliging is er voor gekozen om niet de celdeuren automatisch te openen. Het (BHV)personeel is er op getraind de deuren handmatig te openen (en te sluiten), binnen de gestelde normen van het Operationele Handboek BHV DJI.
Proefondervindelijk is aangetoond dat een brand op cel bij een gesloten deur, door gebrek aan zuurstof, uiteindelijk zal doven. Het (BHV) personeel is er dan ook op getraind om na het verwijderen van de justitiabele uit de getroffen cel, de deur zo snel mogelijk te sluiten. Over al deze procedures en BHV handelingen zijn lokaal afspraken gemaakt tussen de inrichtingen met ketenpartners zoals: de Brandweer, Politie en (ambulance)hulpdiensten. Tevens wordt afgestemd met de betrokken veiligheidsregio.
Indien nodig zal de Ploegleider BHV opdracht geven tot het ontruimen van de getroffen cellengang. (Ontruimen is het verplaatsen van justitiabelen binnen de inrichting naar een veilige plaats; evacueren is het verplaatsen van justitiabelen naar een veilig gebied buiten de inrichting).
Brandveiligheid en brandpreventie hebben een grote mate van prioriteit binnen DJI en er wordt streng opgetreden volgens de protocollen.
Er wordt met regelmaat voorlichting gegeven aan de justitiabelen over wat te doen bij brand. Bij binnenkomst van een justitiabele in een inrichting geeft men een huishoudelijk regelement waar ook de brandvoorschriften in zijn opgenomen.
De BHV-organisatie oefent op incidenten of calamiteiten zoals brand en ongeval op basis van een lokale oefenkalender.
Alle brandveiligheidsvoorzieningen opgelegd door wet- en regelgeving zoals brandmeldinstallaties, sprinklerinstallatie, vaste en draagbare blusmiddelen, vluchtwegaanduidingen (ontruimingsplattegronden) worden regelmatig door daartoe bevoegd intern personeel gecontroleerd, geïnspecteerd, en gecertificeerd.
Tevens wordt ook gecontroleerd op brandveilig gebruik van het gebouw (de voorschriften die minimaal geëist worden om een omgevingsvergunning te krijgen en te behouden), daarbij behoord ook de inventaris van de celgebouwen.
De vaste inventaris door DJI ter beschikking gesteld, zoals beddengoed, gordijnen, audio, meubels voldoet aan alle wet en regelgeving en mag een bepaalde hoeveelheid niet overschrijden, de zogenaamde vaste vuurbelasting per cel.
Door interne controles zoals cel- en kamerinspecties, wordt gecontroleerd op brandveilig gebruik en het beperken van (brand) onveilige materialen op cel of kamer. De eigen kleding van de justitiabele is ook aan een maximale hoeveelheid vuurbelasting gebonden binnen het gevangeniswezen. Per Divisie kunnen deze normen variëren afhankelijk van het gebouw en de doel/bewonersgroep.
Vanuit de Arbowetgeving is de BHV-organisatie georganiseerd, ook deze wordt geauditeerd.
Tevens wordt vanuit de Arbowetgeving gestuurd d.m.v. voorlichting aan personeel en justitiabele (verantwoordelijkheid en gebruik materialen).
In het kader van de ‘Penitentiaire Beginselen Wet’ is het verbieden van roken op cel niet mogelijk. Dit geldt alleen voor alle justitiabelen (ook ingesloten vreemdelingen bijvoorbeeld), alle volwassenen in detentie en voor patiënten in de forensische zorg. De cel wordt gezien als eigen ‘woonkamer’ en is uiteindelijk de enige plek waar gerookt mag worden binnen de inrichting (met uitzondering van de luchtplaats). Slechts bij plaatsing in een strafcel (separeerafdeling) wordt de mogelijkheid om te roken in de (straf)cel ontnomen.
Bij de (Rijks) Jeugdinrichtingen is het roken op kamer wel verboden en slechts toegestaan op aangewezen plekken en onder direct toezicht van de groepsleider van de jeugdinrichting.
DJI werkt op basis van het Operationeel Handboek BHV. Hierbij worden er in alle inrichtingen lokaal adequate BHV teams opgericht met opgeleid en getraind personeel. Daarnaast wordt er jaarlijks een Platformdag BHV gehouden in het kader van deskundigheidsbevordering. Naast het trainen en oefenen worden de BHV’ers jaarlijks gecertificeerd En één maal per jaar wordt er een BHV-wedstrijddag gehouden. De landelijke adviseurs BHV houden landelijke trends en ontwikkelingen in de gaten. Zij adviseren aan het bevoegde gezag (directeuren van de inrichtingen). . Ook evalueren zij het landelijke brandveiligheidsbeleid en dragen bij aan de ontwikkeling van de Rijksbrede BHVBrandveiligheid is als beleidsportefeuille belegd bij het bureau Veiligheid & Integriteit van het hoofdkantoor DJI.
Documenten
- Rapport Geen Nood bij BrandRapport01-02-2019
- Brandveiligheidsanalyse voor project GNBBPublicatie01-02-2019
- Checklijsten stappenplan brandveiligheidsanalyse jaarlijkse borgingPublicatie01-02-2019
- Checklijsten stappenplan brandveiligheidsanalyse volledigPublicatie01-02-2019
- Invulformulier Kenschets van omstandigheden brandveiligheidsanalyseFormulier01-02-2019